“… en een tijd om te genezen …” (Prediker 3:3)

‘Alles heeft een bestemde tijd’, zegt de Prediker. Deze boodschap is gemakkelijk te begrijpen.
De opsomming van de achtentwintig keer ‘er is een tijd om…’ laat ons zien hoe snel ons leven en onze levensomstandigheden veranderen. Wanneer iemand onder ons ziek wordt, dan wordt zijn hele leven veranderd. Laat me mijn recente ervaring met u delen. In juli heb ik covid gekregen. Ik had heel lichte symptomen. Vier weken later begon ik echter moeite te krijgen met ademhalen. Vooral als ik in bed ging liggen, kreeg ik moeilijk lucht. Twee dagen later voelde ik dat ik niet genoeg kracht meer had om mijn werk voort te zetten. Tegelijkertijd kon ik niet rusten, want als ik in bed lag, kon ik moeilijk ademhalen. Ik ging naar het ziekenhuis. Het elektrocardiogram liet zien dat ik hartproblemen had. Mijn hartspier was ontstoken, waardoor mijn hart niet krachtig genoeg was om te pompen en alles achter mijn longen vol liep met vocht. Daardoor kon ik moeilijk ademen. De dokter begon een zeer intensieve medicijnbehandeling om het vocht uit mijn lichaam te krijgen. Ik lag dagen en nachten op de intensive care onder bewaking van machines. Mijn bloeddruk schommelde en was soms zeer laag, terwijl mijn polsslag juist hoog was. Deze zeer pijnlijke toestand duurde acht dagen, daarna werd het dragelijker.

Toen ik na twee weken naar huis mocht, zei de dokter: ‘Je hebt wel een pijnlijke periode gehad, maar je bent bevoorrecht.’ Deze ziekte komt vooral voor bij mannen tussen de veertig en vijftig jaar. Van degenen die in deze leeftijd met covid stierven, bleek uit onderzoek dat 95 procent deze ziekte had. Voor mij is het een reden om God te loven. Ik behoor niet bij die 95 procent. Waarom mogen we nog ‘tijd om te wenen’ hebben?
Het is moeilijk om daar een goed antwoord op te geven. Ik wil begrijpen waarom Hij me stilzette. Wat is toch het doel van deze pijnlijke ziekte? De echte zegen was echter om ook in deze omstandigheden te geloven en overtuigd te zijn: Hij zal mij genezen en zo niet, zelfs dan ligt mijn leven in Zijn handen.

Gedurende de twee weken in het ziekenhuis moesten al mijn geplande bijeenkomsten en bezoeken aan Joodse vrienden worden afgezegd. Ik kon niet spreken, omdat ik geen stem meer had. Ik vroeg mijn vrouw om alles af te zeggen. Veel van mijn Joodse vrienden belden mijn vrouw om de andere dag om naar mij te vragen. Een Joodse dame stuurde me een bericht: ‘Ik ben atheïst, maar vanavond zal ik voor je bidden.’

Het was bemoedigend te weten dat niet alleen christelijke mensen voor me baden, maar ook Joodse vrienden. God zij geloofd.

Ik ben nu in een vrij goede gezondheid en ben weer in staat om mijn bediening voort te zetten. Bedankt voor uw gebeden.

Ds. I.L. Zöld

Uit: Israëlbode november 2022